Kanjertraining

We vinden het erg belangrijk, dat de kinderen ook op sociaal-emotioneel gebied een goede vorming krijgen, daarom besteden we hier (structureel) aandacht aan. Het hele team is geschoold in het geven van de Kanjertraining. In het afgelopen schooljaar zijn twee leerkrachten opgeleid tot Kanjercoördinatoren. Zij zijn er onder andere verantwoordelijk voor dat dit stukje onderwijs geborgd wordt. We gebruiken de Kanjervragenlijst als leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling en de vragenlijst voor sociale veiligheid. Aan de hand van de resultaten van de diverse vragenlijsten wordt het schoolbeleid geëvalueerd en zo nodig aangepast.

Uitgangspunten Kanjertraining
De Kanjertraining gaat ervan uit dat een goede opvoeding zich richt op fundamentele menselijke waarden, zoals: liefde, vertrouwen, mededogen, toewijding, verantwoordelijkheid en betrokkenheid. Eén van de principes die ten grondslag ligt aan de kanjertraining is dit: Het is goed dat ik er ben. Het kind mag er zijn, met zijn eigen karakter, mogelijkheden en beperkingen.

Gedragstypes
In de Kanjertraining wordt gebruik gemaakt van vier gedragstypes. De Kanjer (witte pet), de Vlerk (zwarte pet), de Aap (rode pet) en het Konijn (gele pet). Kinderen gedragen zich evenals volwassenen verschillend in verschillende situaties. Je bent dus geen bepaald type, maar je gedraagt je in een bepaalde situatie als Kanjer, Konijn, Aap of Vlerk. Dat kan als volgt omschreven worden:

Kanjer: gedraagt zich authentiek in positieve zin. De Kanjertraining stelt: De witte pet, dat ben jij, als je doet wat werkelijk bij je past. Op die manier ben je het leukst. Met de Kanjer valt te praten, hij/zij probeert zich beschaafd te gedragen, niet te schreeuwen, roddelen, schelden enz. Groepsgenoten voelen zich veilig bij het gedrag van de Kanjer. Een Kanjer is geen heilige. Het gaat bij hem/haar ook wel eens mis. Met de Kanjer wordt het kind herinnerd aan wie hij/ zij zou moeten zijn.
Konijn: Het Konijn staat symbool voor het faalangstige, verlegen kind, dat geen weerwoord heeft op de grensoverschrijdende gedragingen van de rode en zwarte petten. Het Konijn kan of wil geen boosheid uiten en weet niet adequaat te reageren op vervelende situaties.
Aap: De Aap gedraagt zich onverantwoordelijk en clownesk. De Aap is eigenlijk op een vervelende manier grappig en houdt daardoor het gedrag van de zwarte pet in stand. Een kind dat de rode pet op heeft biedt in feite steun aan het kind met de zwarte pet, de Vlerk.
Vlerk: De Vlerk laat zich leiden door opvattingen als: het is winnen of verliezen, het is baas zijn of knechtje. De Vlerk vult deze opvattingen in op een negatieve manier. Dit uit zich in intimidatie, manipulatie, het aanjagen van angst, baas spelen. We noemen dit het ‘zwarte-pet-gedrag’.

Kanjerregels
In elke klas op onze school hangt een poster met Kanjerafspraken. Deze afspraken vormen de kern van de Kanjertraining:
• We vertrouwen elkaar
• We helpen elkaar
• Niemand speelt de baas
• Niemand lacht uit
• Niemand doet zielig